Geacht college,
Hierbij maak ik bezwaar tegen uw besluit van 20 maart 2025 (kenmerk UTR-2025-00789) waarin u mijn aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het plaatsen van een dakkapel op mijn woning aan de Tulpstraat 78 te Utrecht heeft afgewezen.
Feiten en omstandigheden
Op 15 februari 2025 heb ik een aanvraag omgevingsvergunning ingediend voor het plaatsen van een dakkapel aan de achterzijde van mijn woning. Op 20 maart 2025 heeft u deze aanvraag afgewezen, met als motivering dat de dakkapel niet zou voldoen aan de welstandscriteria omdat deze te breed zou zijn in verhouding tot het dakvlak.
Bezwaargronden
Ik ben het niet eens met uw besluit om de volgende redenen:
- De door mij aangevraagde dakkapel heeft een breedte van 3,5 meter op een dakvlak van 7 meter. Volgens de gemeentelijke richtlijnen mag een dakkapel maximaal 50% van de breedte van het dakvlak beslaan. Mijn aanvraag voldoet met 50% precies aan deze eis.
- In uw besluit verwijst u naar de welstandsnota, maar daarin staat expliciet vermeld dat voor dakkapellen aan de achterzijde van woningen minder strenge eisen gelden dan voor de voorzijde. Mijn dakkapel is gesitueerd aan de achterzijde en is niet zichtbaar vanaf de openbare weg.
- In dezelfde straat is bij ten minste vijf woningen (huisnummers 62, 70, 74, 82 en 86) reeds een dakkapel van vergelijkbare afmetingen geplaatst. Dit blijkt uit de door mij bij de aanvraag gevoegde foto's. Hiermee is sprake van precedentwerking en wordt het gelijkheidsbeginsel geschonden als mijn aanvraag wordt afgewezen.
Verzoek
Op grond van bovenstaande argumenten verzoek ik u:
- Mijn bezwaar gegrond te verklaren;
- Het bestreden besluit te herroepen;
- Alsnog de gevraagde omgevingsvergunning te verlenen;
- De door mij gemaakte kosten voor het indienen van dit bezwaarschrift te vergoeden conform artikel 7:15, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
Ik ben bereid mijn bezwaar mondeling toe te lichten tijdens een hoorzitting.